ZOEKEN

MEER ZOOGDIER BESCHRIJVINGEN

Bekijk alle zoogdier beschrijvingen in het overzichtNaar overzicht»

DWARSDOORSNEDEN

In Google Maps

Maak een doorsnede»

FOSSIELVONDSTEN

Fossielen op de kaart van Nederland

Bekijk de kaart»
Geologie van Nederland
is een initiatief van

Mastodont van Auvergne

Anancus arvernensis

Taxonomie

Klasse
Mammalia (zoogdieren)
Orde
Proboscidea (slurfdieren)
Familie
Gomphotheriidae
Geslacht
Anancus
Soort
Anancus arvernensis

Karakterisering

De mastodont van Auvergne had slagtanden die tot vier meter lang konden worden, bijna even lang als zijn lichaam. Deze soort is een van de twee mastodonten die in Nederland hebben geleefd. De naam mastodont betekent tepeltandig en verwijst naar het gebit: de knobbelrijen op de kiezen doen denken aan rijen tepels, zoals die bij onder andere zeugen voorkomen. Deze mastodont wordt vaak met de Europese mastodont aangetroffen in dezelfde afzetting. Beide soorten leefden lang naast elkaar in het Plioceen zonder dat één van beiden werd weggeconcurreerd.

Uiterlijk

De slagtanden van de mastodont van Auvergne waren vrij recht en staken recht vooruit. Deze mastodont werd maximaal drie meter hoog, maar had een gemiddelde schouderhoogte van twee meter. De totale lengte bedroeg vier meter.

Leefwijze

Aan de hand van pollen van kruidachtigen die zijn aangetroffen bij de mastodontresten in de klei in Maalbeek, kon worden bepaald dat de mastodont van Auvergne ook in een koude periode kon overleven. Waarschijnlijk is deze vondst een uitzonderlijke, aangezien deze mastodont in het Plioceen een bosbewoner was en gedurende koudere perioden zich naar het zuiden terugtrok.

 

In Frankrijk en in de Oosterschelde wordt de mastodont van Auvergne vaak samen met de zuidelijke mammoet aangetroffen. Deze twee soorten leefden naast elkaar gedurende het Vroeg-Pleistoceen. De mastodont van Auvergne had een echt knobbelgebit, in tegenstelling tot de Europese mastodont, die een gebit had met scherpe richels. In het geslacht Anancus evolueerde het gebit: zowel de kroonhoogte als het aantal richels waaruit de kies is opgebouwd, namen toe. In latere vormen werd meer cement afgezet tussen de knobbels en de richels. Hierdoor ontstond een uniform kauwoppervlak dat slijtvaster was en geschikter om voedsel te vermalen. Het knobbelgebit van de mastodont van Auvergne was geschikt om zacht voedsel, zoals bladeren, vruchten en twijgen mee te vermalen. Deze mastodont was dan ook een bewoner van meer beboste delen in het landschap. Het pootskelet vertoont bovendien aanpassingen aan voortbeweging op een zachte bosbodem.

Geografische verspreiding

De mastodont van Auvergne had een grote geografische verspreiding. Er zijn vondsten bekend van de Engelse kust tot in China. In de Pliocene vindplaats Dorkovo, Bulgarije, is een grote hoeveelheid fossielen gevonden. Andere plaatsen waar de soort is aangetroffen zijn onder meer Chilhac in Frankrijk en Val d'Arno in Italië.

Voorkomen in de tijd

De oudste fossielen van de mastodont van Auvergne zijn aangetroffen in Spanje, in afzettingen van ruim 5 miljoen jaar geleden, op de grens van het Mioceen en het Plioceen. Deze soort had zijn grootste verspreiding gedurende het Plioceen. Door het steeds opener wordende landschap verdwenen de bossen waar deze mastodont voornamelijk in leefde. Hij stierf aan het begin van het Pleistoceen uit.

Evolutie

De Nederlandse namen van de Europese mastodont en de mastodont van Auvergne doen vermoeden dat beiden aan elkaar verwant zijn. Het tegendeel is echter waar: de evolutionaire lijnen van deze twee mastodonten zijn al sinds het Eoceen gescheiden. De mastodont van Auvergne had een typisch knobbelgebit (bunolophodont), terwijl de Europese mastodont een juktandig (zygolophodont) gebit had.

Vindplaatsen in Nederland

De Oosterschelde is een van de belangrijkste vindplaatsen van het geslacht Anancus. Hier zijn in totaal zo'n veertig kiezen en honderd botten gevonden. Bijzonder zijn een stuk bovenkaak met twee melkkiezen, dat in 1961 is opgevist, en een fragment van een onderkaak met een complete kies. Ook in de Noordzee voor de Zeeuwse kust en de Westerschelde is een aantal vondsten gedaan. In groeve Maalbeek, vlakbij Tegelen, werd in 1960 een kies van een mastodont van Auvergne gevonden. In de buurt van Liessel is een kiesfragment opgebaggerd. Later zijn hier ook restanten van de Europese mastodont aangetroffen. In 2003 zijn in Langenboom bij een zandwinning nog twee kiesfragmenten gevonden.

 

- Dennis van den Berge, Naturalis

Meer informatie

»

Braber, F. I., D. Mol & J. de Vos, 1999. On mastodon remains from The Netherlands: an overview. - Deinsea 7: 55-65.

»

Jong, T. de, 1998. Topstukken uit de diepte. Prehistorische dierresten uit Noord-Brabant. - Cranium 15: 84-110.

»

Mol, D. & H. van Essen, 1992. De mammoet: sporen uit de IJstijd. - BZZToh, Den Haag. 192p.

»

Mol, D., J. de Vos & L. van den Hoek Ostende. Zoogdieren van Nederland gedurende de IJstijd (in prep.).

»

Mol, D., 2008 Een nieuwe vondst van de mastodont (Anancus Arvernensis) van de Noordzeebodem. Cranium 25, 43-51.

Auteurs

  • Dennis van den Berge

Meer zoogdier beschrijvingen