Geologie van Nederland
is een initiatief van

Rivierduin

Bij duinen denken we vaak aan de duinen langs de kust die ons beschermen tegen de zee, maar duinen zijn ook op andere plekken in Nederland te vinden. Wat te denken van de Loonse en Drunense duinen in Noord-Brabant? Deze duinen zijn ontstaan door het opwaaien van dekzand. Een ander voorbeeld van binnenlandse duinen zijn rivierduinen. Rivierduinen zijn een vrij zeldzaam fenomeen in het Nederlandse landschap. De meeste rivierduinen zijn aan het einde van de laatste ijstijd, zo'n 10.000 jaar geleden, ontstaan. Rivieren ondergingen toen grote seizoensgebonden schommelingen.

Rivierbeddingen konden tijdens de zomer grotendeels droog vallen, waardoor het zand in de bedding kon opwaaien en verplaatsen. Direct ernaast was echter al voldoende begroeiing om het zand vast te houden. Zo ontstonden er direct naast de rivieroever de rivierduinen. In het westen van het land zijn de meeste rivierduinen later bedekt met andere rivierafzettingen en veen, maar in het oosten van het land liggen de rivierduinen nog wel aan de oppervlakte. Een rivierduin dat boven de klei uitsteekt noemen we een donk.

Hoe zien rivierduinen eruit?

Een voorbeeld van bebouwing op een rivierduin.

Rivierduinen bestaan er in verschillende soorten en maten. De rivierduinen bij Bergen, aan de oostoever van de Maas in Midden-Limburg, vormen een complex duingebied waarin vooral paraboolduinen voorkomen. Paraboolduinen zijn U-vormige duinen die met de opening van de wind af liggen. Rivierduincomplexen zijn onregelmatig van vorm en grootte; sommige zijn maar liefst enkele kilometers lang en breed. Daarentegen kennen we ook zandheuveltjes die hoogstens enkele tientallen meters breed en lang zijn en enkele meters boven het veen van met name de Zuid-Hollandse waarden uitsteken. Het gaat hier om donken: de topjes van veel grotere rivierduinen, die voor het grootste deel onder de grond liggen. Ze zijn aan het oog onttrokken door een dik pakket veen.

 

Hoe zijn rivierduinen ontstaan?

Donken zijn rivierduinen die boven de kleilaag uit komen.

Tijdens de laatste ijstijd, het Weichselien (100.000-10.000 jaar geleden), was het guur en koud. Er stond een harde wind, het landschap was kaal en schaars begroeid. De harde wind zorgde ervoor dat het zand aan de oppervlakte werd uitgeblazen en elders weer afgezet. Tijdens de ijstijd waren de Nederlandse rivieren van het vlechtende type: ze verlegden vaak hun loop, waardoor ze een brede bedding hadden. Tegen het einde van deze ijstijd werd het warmer, natter en minder winderig. De rivieren stroomden rustiger en grote delen van de brede rivierbeddingen kwamen droog te liggen. Het zand dat aan de oppervlakte lag, kon net als het dekzand dat tijdens de ijstijd over Nederland waaide, door de wind worden opgenomen en verplaatst. Vlak naast de bedding was de begroeiing door het verbeteren van het klimaat al flink toegenomen. Het zand uit de rivierbedding kon daardoor niet ver komen en werd direct naast de rivierbedding door de begroeiing vastgehouden. Zo ontstonden er relatief hoge duinen.

 

Waar zijn de rivierduinen te vinden?

Rivierduinen zijn in Nederland voornamelijk te vinden in Noord-Limburg, het land van Maas en Waal en in de Alblasserwaard. Veel rivierduinen uit de laatste ijstijd zijn onder een laag rivierklei of veenafzetting verdwenen. In het westen van het land zijn nog enkele donken te vinden. In het oosten van het land zijn nog duidelijke rivierduinen te onderscheiden.

 

Een uitgelicht voorbeeld: de Millingerwaard

De oever van de Waal in de Millingerwaard.

Ten oosten van Nijmegen aan de zuidoever van de Waal ligt een uitgestrekt natuurgebied, de Millingerwaard. De bijna zevenhonderd hectare grote uiterwaard is zeven kilometer lang en ligt tussen Millingen en Erlecom. Op de Waaloever wordt bij extreem hoogwater zand afgezet dat door de wind kan verwaaien tot rivierduinen. Dit proces is nog steeds aan de gang. Op de jonge duintjes vinden we pioniervegetatie. Wanneer deze plantjes genoeg stevigheid geven en het duin vastligt ontstaan er mogelijkheden voor andere, minder opprtunistische plantensoorten. In de Millingerwaard is het hoogste actieve rivierduin van Nederland te vinden. Tot 1989 werd de duinstrook nog gebruikt voor agrarische doeleinden, maar daarna werd het aan de natuur teruggeven. Nu heeft de oorspronkelijke vegetatie zich weer hersteld. Inmiddels zijn er zo'n 350 plantensoorten op de duinen aangetroffen.

 

- Mieke Kokshoorn, Naturalis

Meer informatie

»

Berendsen, H.J.A. 2004. Landschappelijk Nederland. - Van Gorcum & Comp., Assen..

»

Berendsen, H.J.A. 2004. De vorming van het land. - Van Gorcum & Comp., Assen.

»

Terlingen, M. et. al. Wereld in werking, basisboek bovenbouw havo/vwo. - Malmberg, Den Bosch.

Auteurs

  • Mieke Kokshoorn

Meer landschapsvormen